Jacobus
Jacobus ,
geb. op 13-11-1710 te Blaricum,
ged. Rooms Katholiek op 13-11-1710 te Blaricum; dgt. Grietje Rutgers,
, -
Blaricum-Dopen-RK; 13-11-1710: Jacobus, V: ................., M: Marretje Tijmes, dgt. GRIETJE RUTGERS.- Moeder:
Marritje Tijmens Vos, dr. van Tijmen Lambertsz Vos en Grietje Rutgers ,
geb. op 16-01-1688 te Blaricum,
ged. Rooms Katholiek op 16-01-1688 te Blaricum; dgt. Eijbetje Rutgers,
ovl. op 15-01-1757 te Huijzen,
begr. op 17-01-1757 te Blaricum; Impost f 3,-,
, -
Blaricum-Begraven-Kosten; 17-01-1757: Marrritje Tijmenz van Huijsen alhier begraven: f 3,-
-
ORA-184-3180; 23-11-1757: Jacob Claasz Lamphen; en Jacob Claasz Glaasemaker als in huwelijk hebbende Jaapje Claas, en welke Jacob Claasz Lamphen en Jaapje Claas beijde kinderen en mede-erfgenamen zijn van beijde wijlen Claas Wijgertsz en
Marritje Tijmens in leven egteluijden gewoond en overleden alhier te Huijsen. Gaan proces voeren tegen de mede-erfgenamen. Dat onder de mede-erfgenamen sig onder anderen mede bevindt Rut Claasz wonende te Blaricum en derhalve gedagvaart moet
worden. CONTRA Wijgert Claasz, Tijmen Claasz, en Cors Claasz en Rut Claasz, insgelijk alle kinderen en meede erfgenamen van Evengedagte Claas Wijgertsz en Marritje Tijmens
-
ORA-184-3180; 10-10-1760: Nicolaes de Bruijn van Erchell procureur CONTRA Geertje Cornelis (Coeman) weduwe en in gemeenschap van goederen getrouwt geweest sijnde met wijlen Cors Claasz, Gerrit (Danielsz) Sikkema en Wijgert (Jacobsz) Bakker als
voogden over Marritje, Jacob, Grietje, Claas, Gerrit, Jaapje, Teuntje en Cornelis Corsse nagelaten kinderen en erfgenamen ab intestato van hunne overleden vader wijlen Cors Claasz, voorts Rut Claasse gedaegden, worden gecondemneerd tot betaling
van f 39:17 ter zake van verdient salaris van voorn: wijlen Cors Claasz en de laaste gedaagde Rut Claasz als erfgenamen van derselver voor-overleeden ouders wijlen Claas Weijgertsz en Marritje Thijmens geprovenieerde sijnde,
tr.
met Claes Wijchertsz Lamphen.
>